Interview met Yelle Tieleman: ”We hebben als land transparantie hoog in het vaandel staan, behalve als het gaat om eigen falen.”

Foto: Angeliek de Jonge

Yelle Tieleman, onderzoeksjournalist voor online nieuwsplatform Follow the Money, schrijft over de georganiseerde misdaad en over de maatregelen van de Nederlandse overheid daar tegen. Eerder verschenen zijn artikelen onder andere in het AD. Tieleman won voor zijn verslaggeving over de tramaanslag in Utrecht een Tegel, een belangrijke journalistieke prijs, samen met collega’s Carla van der Wal, Tobias den Hartog en Peter Koop. Daarnaast schreef hij een boek over de moord op Anne Faber, ‘Hoe kon dit gebeuren, de zaak-Anne Faber’, en treedt regelmatig op in praatprogramma’s om nieuws te duiden. Actueel Nieuws vroeg hem naar zijn werk bij Follow the Money, zijn nieuwste boek over de zaak van de fruithandel in Hedel en zijn kijk op actuele ontwikkelingen in de misdaadjournalistiek.

Kun je voor de lezers iets vertellen over hoe je in de journalistiek terecht bent gekomen?

“Journalistiek trok me al op de middelbare school aan en ik besloot daarom naar de School voor Journalistiek in Utrecht te gaan, wat me heel goed af ging. Ik was er ook wel erg aan toe om echt het werkveld in te gaan. In maart 2013 ging ik stage lopen bij het AD Utrechts Nieuwsblad. Vanaf het begin ging dat eigenlijk heel goed, ik had al in de eerste week een groot verhaal met een collega. Destijds was de stad Utrecht bezig met een lobby om de Tour de France naar Utrecht te halen en was ook net bekend geworden dat de Rabobank gestopt was met het sponsoren van de wielerploeg. Dat was al een tijdje gaande en we vroegen ons af, of de Rabobank dan nog wel geld wilde stoppen in het naar Utrecht halen van de Tour de France. Ik kwam erachter dat dat dus niet zo was en de Rabobank gaf dat ook toe. Dat werd landelijk nieuws en vanaf dat moment ging het balletje rollen. Al snel werd ik gevraagd om mijn stage in de zomer te verlengen en vanaf dat moment ben ik niet meer weggegaan. Daarna heb ik nog stage gelopen op de parlementaire redactie van het AD en werd ik vervolgens gevraagd om in Utrecht een collega die met zwangerschapsverlof ging fulltime te vervangen. Ik moest nog terug om mijn diploma te halen op de School voor Journalistiek, maar ik wist al, dat zodra ik dat gehaald had, ik een baan als verslaggever zou krijgen. Zo geschiede, dus in mei 2015 ben ik in dienst gegaan.”

Je hebt voor het AD over verschillende geruchtmakende zaken gepubliceerd en een boek geschreven over de moord op Anne Faber. Nu ben je bezig met weer een nieuw boek, over een zaak die veel mensen die misdaadnieuws volgen wel kennen, de zaak van de fruithandel in Hedel. Kun je daarover iets vertellen?

“Deze zaak heb ik niet vanaf het begin gevolgd. Op dat moment werkte ik in Rotterdam op de centrale redactie van het AD en werd er over geschreven door collega’s van het Brabants Dagblad. Er gebeurde veel in die zaak, ik had het idee dat het heel groot zou worden, dus ik besloot mij daar in te gaan verdiepen. Ik heb er voor het AD veel grote verhalen over geschreven. Het afgelopen jaar werd duidelijk dat ik weg bij het AD en naar Follow the Money zou gaan en dit was een onderwerp waar ik nog veel informatie over had die ik niet kwijt kon in reguliere publicaties of bij Follow the Money. Daarom besloot ik er een boek over te gaan schrijven. De zaak draait om ondermijning, wat echt zo’n modewoord geworden is, maar het is uiteindelijk wel waar het om gaat. In deze zaak is natuurlijk een adressenlijst uitgelekt en honderden mensen die op die lijst staan hebben daar last van.

De dingen die in zaken als Marengo en Eris zijn gebeurd, zijn enorm ernstig, maar ik denk dat de impact op ‘gewone’ mensen in deze zaak vele malen groter is. De angst die er nog steeds in de samenleving zit dat het geweld toch weer gaat oplaaien, die zit onder de oppervlakte. Hier zijn aanslagen vanuit de gevangenis beraamd en ook daadwerkelijk uitgevoerd. Er is sprake van corruptie, waarbij een medewerker van Achmea op verzoek in allerlei systemen is gaan graven om adresgegevens door te geven, waarna een aanslag werd voorbereid. Er komen heel veel dingen bij elkaar, natuurlijk de undercoveractie waar heel veel over te doen is, maar ook een groot aantal hele jonge verdachten en leed dat mensen is aangedaan. Het is daarmee een heel interessant en dankbaar onderwerp voor een boek en ook een podcast.”

Is de podcast al begonnen of komt die nog?

“Ik ben op dit moment het boek aan het schrijven en gelijktijdig wordt de podcast geproduceerd. De bedoeling is dat hij ongeveer tegelijk met het boek wordt gepubliceerd in het najaar van 2023.”

Kun je iets vertellen over de dossiers waar je op dit moment bij Follow the Money mee bezig bent?

“Eigenlijk hou ik me nog steeds bezig met misdaad, maar op een andere manier. Als je op dagelijkse basis voor een grote krant schrijft, volg je iets meer het nieuws. Ik heb daar nu wat afstand van genomen en kijk meer naar wat de Nederlandse overheid doet tegen georganiseerde misdaad en naar wat daarvan het resultaat is. Daarnaast kijk ik dieper naar onderwerpen waar ik al mee bezig was, zoals bijvoorbeeld kroongetuigen. Zeker ook in het licht van de plannen die de minister heeft om die regeling uit te breiden, kijk ik of dat eigenlijk wel zo’n goed idee is, in het licht van de problemen die er op dit moment zijn. Maar een ander verhaal is bijvoorbeeld de reconstructie van de rise and fall van het MIT, het multidisciplinair interventieteam, dat in het leven werd geroepen na de moord op Derk Wiersum. Ik heb nu veel meer tijd om dat soort onderwerpen uit te diepen en in een grotere context te plaatsen, in plaats van te beschrijven in een kort nieuwsbericht of een relatief klein achtergrondverhaal.”

Zijn er nog nieuwe onderwerpen die je de komende tijd zou willen aansnijden?

“Ik denk dat corruptie een heel belangrijk onderwerp is. Eigenlijk kun je dat zien als een soort betonrot, je ziet het niet op het eerste gezicht, maar van binnenuit richt het veel schade aan. En op het moment dat het dan barst, heb je een groot probleem. Aan de kant van de overheid zit dat bij wijze van spreken in agenten die informatie verkopen, maar ook in paspoorten waar de afgelopen tijd veel over is geschreven, aan de commerciële kant zit het in persoonsgegevens die bijvoorbeeld bij grote internetbedrijven liggen en waar we met zijn allen kwetsbaar door zijn. Tegenwoordig plaatst iedereen van alles online en laat overal makkelijk zijn adres achter, daar liggen dus ook veel kansen voor de misdaad om op in te spelen. Omdat de meeste mensen niet in de gaten hebben dat hen dat kwetsbaar maakt, is dit een interessant onderwerp.

Wat mij daarnaast heel erg stoort, is een onderwerp waar ik eerder al veel aandacht aan heb besteed, de zaak Youssef Taghi, de advocaat en neef van Ridouan Taghi, die in de EBI toegang kreeg tot Ridouan Taghi. Op het moment dat hij werd aangehouden, zei toenmalig minister Sander Dekker dat de overheid niet zoveel kon en dat de zaak bij de deken was neergelegd. Daar werd een bepaald narratief uitgespeeld, van de overheid wist het ook allemaal niet en hadden we het maar eerder geweten, dan hadden we er iets aan kunnen doen. Ik had het gevoel dat die zaak niet helemaal klopte en om daar meer informatie over te krijgen, ben ik zelf op onderzoek uitgegaan. Recent heb ik er ook een groot verhaal over geschreven, omdat uit mijn onderzoek bleek, dat de politie wel degelijk concrete informatie had waaruit kon worden afgeleid dat Youssef Taghi mogelijk een ‘foute advocaat’ was, en dat die informatie niet was gedeeld. En dat doet de vraag oproepen, waarom niet? Tijdens mijn onderzoek bleek al dat er ongelooflijk veel wordt getreuzeld, er kwam uitstel op uitstel op uitstel en uiteindelijk krijg je informatie en dan is het niet wat je gevraagd hebt. Tegelijkertijd zie je dat er allerlei wetgeving wordt voorbereid, advocaten moeten in de EBI aan banden worden gelegd, er moet meegekeken kunnen worden teneinde dit probleem te tackelen. Terwijl het me veel beter lijkt om eerst eens te kijken hoe dit probleem überhaupt is kunnen ontstaan. Het frustreert enorm dat wij als land enorm hoog in het vaandel hebben dat transparantie een hoog goed is, behalve als het gaat over eigen falen. Dan zijn we daar iets minder goed in.”

Kroongetuigen, getuigen in zijn algemeenheid, zijn soms nodig om een zaak op te lossen en soms hebben getuigen ook een hele grote rol in een zaak. Wat is jouw mening over de inzet van kroongetuigen?

“Ik ben op zich niet tegen kroongetuigen. Ik denk dat het een nuttig instrument kan zijn. Tegelijkertijd denk ik, dat als je bijvoorbeeld kijkt naar de zaak Marengo, dat het gebruik van al die PGP-berichten grotere waarde heeft dan de inzet van de kroongetuige. Dus ik ben er niet tegen, maar tegelijkertijd merk je dat er wel heel veel misgaat en dat het een moeilijk te controleren proces is. De overheid zegt dat alle verklaringen worden getoetst en dat er allerlei poortwachters zijn, de centrale toetsingscommissie bijvoorbeeld. En tegelijkertijd hebben wij vorige maand een verhaal gepubliceerd op Follow the Money waaruit blijkt dat een kroongetuige die eerder bij het Pieter Baan Centrum heeft gelopen en waar een onderzoeker van zei dat hij de neiging heeft tot het vertellen van onwaarheden, door die controles kon glippen. Die kroongetuige is inmiddels teruggetrokken door het OM en in een andere zaak heeft het Hof gezegd dat zijn verklaringen niet gebruikt gaan worden. Dat is nog niet eerder voorgekomen en ik ben heel benieuwd of men dit soort punten dan ook meeneemt in de beoordeling van het verruimen van die kroongetuigenregeling. Het zou goed zijn om scherper te kijken naar met wie je eigenlijk in zee gaat.

Daarnaast is er ook het veiligheidsaspect. Het veiligheidsaspect tegenover het opsporingsbelang, dat zal wat meer richting het veiligheidsaspect moeten doorwerken. Dat gezegd hebbende, die regeling wil men uitbreiden. Ik ben heel erg benieuwd naar welke gelukszoekers daar mogelijk op af gaan komen, en hoe dat gaat.”

Wat vind je van het gebruik van versleutelde communicatie als bewijs?

“Dat heeft natuurlijk voor een enorme doorbraak gezorgd. Tegelijkertijd zie je dat ook op dat gebied als het gaat over essentiële vragen over de inzet, over hoe men daartoe is gekomen, de luiken dicht gaan. Ook de overheid moet zich aan regels houden en je merkt dat men daar aan de kant van de opsporing toch ook wel gefrustreerd over is, omdat criminelen zich aan geen enkele regel lijken te hoeven houden. Als je met mensen spreekt in de opsporing, dan wordt er wel eens gezegd, als het gaat over de aanhouding van mensen als Taghi, dan trek je alles uit de kast en als je dan hier en daar wellicht een regel moet overtreden, dan is dat maar zo. Ik weet niet of dat een hele goede ontwikkeling is, ook omdat het zo moeilijk is om daar de overheid op te kunnen controleren.”

Het is algemeen bekend dat veiligheid een steeds groter issue is onder advocaten, politici en journalisten. Kun je iets vertellen over wat de impact is van veiligheid op het vak dat je uitoefent?

“Ik denk dat de moorden die er tijdens het Marengo-proces zijn gepleegd voor iedereen een enorme shock zijn geweest. Iedereen is zich nog veel meer bewust geworden van de risico’s. Binnen die kaders moet je voor jezelf bepalen wat je schrijft, hoe je het schrijft en hoe je dat journalistiek zo goed mogelijk kunt doen. En dat is voor iedereen verschillend.”

Denk je ook dat sommige journalisten toch huiveriger zijn om bepaalde zaken te publiceren vanwege dat veiligheidsissue?

“Ik denk het wel. Ik denk dat je bij twijfel niet moet oversteken en bij bepaalde onderwerpen of complicaties wordt die twijfel misschien iets groter, waardoor je toch even wacht met oversteken. En ik denk in zijn algemeenheid dat met name de moord op Peter R. de Vries ervoor zorgt dat mensen huiverig zijn om überhaupt over misdaad te schrijven. Dus ik ben ook erg benieuwd hoe dat in de toekomst gaat zijn. Veel van die angst waar we het nu over hebben is natuurlijk gekoppeld aan de zaak Marengo. Ik ben benieuwd of er, als die zaak eenmaal is afgesloten, veel blijvend veranderd zal zijn, of dat we het over 10 jaar zullen beschouwen als een incident. Het is heel moeilijk om dat nu al in te schatten.”

Heb je tot slot nog een boodschap voor de lezers van het interview?

“Neem een abonnement op Follow the Money. We zijn heel hard aan het groeien en ik denk dat wij afgelopen jaar wel hebben aangetoond dat wat wij doen, dat we daar heel goed in zijn en dat er behoefte is aan goede onderzoeksjournalistiek. We moeten dus nog verder groeien.”

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Copyright 2020-2021 © actueelnieuws.org

logo

Tip de redactie!

Actueelnieuws.org werkt graag met jou samen aan mooie interviews en prikkelende artikelen. Heb je een tip of idee? Meld deze dan bij onze redactie.