Interview met Melvin Twellaar

Melvin-Twellaar

“Goud is niet per se mijn doel, voor mij is het altijd het belangrijkste dat ik het maximale uit mezelf heb gehaald op zo’n wedstrijd.”

Melvin Twellaar (27) begon zijn succesvolle carrière in het roeien met zijn overwinning op het Wereldkampioenschap toen hij 17 was. Sindsdien behaalde hij verschillende andere grote successen, onder andere samen met zijn ploeggenoot Stef Broenink zilver op de Olympische Spelen van 2020 in Tokio, solo Europees kampioen in zijn skiff in 2022, in 2023 wederom wereldkampioen met Stef Broenink in de dubbeltwee. Met deze laatste overwinning plaatsten zij zich voor de komende Olympische Spelen in Parijs. Actueel Nieuws sprak met Twellaar over zijn topsportcarrière, zijn studie en zijn toekomstplannen.

Op je 12e ben je begonnen met roeien. Hoe ben je daartoe gekomen?

“Mijn broer roeide al en zijn coach vroeg op een gegeven moment of ik een keertje mee wilde komen. In eerste instantie had ik daar niet heel veel zin in, maar hij bleef erop aandringen. Uiteindelijk dacht ik ‘oké, ik ga een keer mee, dan kan ik in ieder geval zeggen dat ik het heb gedaan, en dan hoef ik het nooit meer te doen’. Ik ging dus mee en vanaf dat moment ben ik nooit meer weggegaan.”

Wanneer zag het ernaar uit dat een carrière als topsporter er misschien ook in zou zitten?

“Als junior ben ik al naar het wereldkampioenschap voor junioren gegaan. Daar presteerde ik best goed, maar dan moet je het als senior ook nog halen. Dat is vaak iets moeilijker, dus daarvoor heb ik echt de tijd genomen. Vanaf ongeveer mijn 22e werd ik beter en toen zag het er naar uit dat ik de echte seniorentop ook ging halen.”

Heb je erover getwijfeld of je voor een carrière in het roeien moest gaan, of was dat voor jou direct duidelijk?

“In zekere zin was me dat vrij snel duidelijk. In eerste instantie moet je het allemaal zelf nog betalen, dan is het best duur en daardoor ging ik een beetje twijfelen. Maar het is altijd een droom geweest, dus in die zin heb ik het wel altijd geprobeerd.”

Was het lastig dat je het allemaal zelf moest betalen? Ik kan me voorstellen dat het veel van je vergt, en misschien ook op een bepaalde manier stress veroorzaakt?

“Je doet het op zich allemaal voor de lol, dus het was eigenlijk meer bijzonder dat het op een gegeven moment niet meer hoefde. Het is anders nu, maar je doet het uiteindelijk omdat je het leuk vindt, niet per se voor het geld. In zekere zin is er dus niet zoveel veranderd, maar het maakt het wel makkelijker dat er voor je betaald wordt. Als je ouder wordt, moet je ook een keer een baan gaan zoeken. Het is wel fijn dat dat nu gewoon het roeien is.”

Je hebt je onlangs gekwalificeerd voor de Olympische Spelen in Parijs. Kun je daar iets over vertellen?

“Ik heb me inderdaad in de Dubbeltwee geplaatst voor de Spelen. De vorige Spelen ben ik er ook geweest, in dezelfde boot met dezelfde ploeggenoot.”

Op RTV Noord zag ik dat je eind januari op trainingsstage gaat naar Lago Asul in Portugal?

“Dat klopt inderdaad, ik ga over een week voor twee weken naar Portugal. Het is hier natuurlijk wat kouder in de winter, dus gaan we daar trainen om een beetje aan de kou te ontsnappen.”

De wereldbeker in Varese, dat is dan het eerste testmoment?

“Dat is onze eerste wedstrijd weer samen. Op zich heb ik al heel veel met mijn ploeggenoot samen geroeid, dus wat dat betreft is dit niet echt het eerste testmoment, maar het is de eerste wedstrijd van het seizoen. Zo moet je het zien.”

Zijn er bepaalde dingen die je deze voorbereiding voor de Spelen anders dan anders gaat doen?

“In principe proberen wij het jaar vóór de Spelen, alles zoveel mogelijk op het jaar ván de Spelen te laten lijken. Dat doen we zodat we zeker weten dat wat we hebben gedaan, dat dat werkt in het jaar van de Spelen. Die strategie gaan we dus handhaven.”

Kun je uitleggen hoe een roeiteam qua structuur is opgebouwd?

“Ik heb dus één ploeggenoot, ik zit in de twee. Daarop hebben we een staf van twee, een trainingsfysioloog, die bepaalt het trainingsschema en we hebben een coach die er is voor de techniek. Zo heb je een beetje het beste van allebei. De fysioloog stelt het schema op en die is er niet per se op de kant bij en de coach die is er op de kant altijd bij.”

Hoe ziet een typische trainingsdag eruit voor jou?

“Ik sta op rond zeven uur, dan fiets ik naar de Amstel, waar mijn eenpersoonsboot, mijn skiff, ligt. Daar doe ik dan een lange duurtraining en daarna ga ik naar het gebouw van de roeibond, dat zit een paar kilometer verderop. Daar eet ik wat, we hebben daar een kok die maaltijden voor je maakt. Daarna hebben we nog een middagtraining. En afhankelijk van de dag ook nog een derde training.”

Dus je hebt drie trainingen op een dag met pauzes ertussen?

“Meestal twee en twee keer per week hebben we drie trainingen per dag.”

Zijn dat dan ook de zwaarste trainingsdagen of maakt dat niet zoveel uit?

“De dagen dat je drie keer traint, dat zijn inderdaad vaak wel de zwaarste.”

Heb je ook af en toe een rustdag, of ben je elke dag aan het roeien?

“Ik heb elke zondag vrij. Ik train zes dagen per week. Op een rustdag kan ik lekker een keertje uitslapen en rust nemen en dan doe ik verder niet zoveel, in ieder geval niet roeien.”

Je traint dus zes dagen per week. Ik las ergens dat je een vriendin hebt, is het lastig om topsport met je privéleven te combineren?

“Nee, daarin begrijpen we elkaar helemaal, dus dat gaat makkelijk.”

Je volgt naast het roeien ook een studie pedagogiek. Hoe gaat het daarmee?

“Op zich gaat dat goed, ik heb nu het tweede jaar gedaan. Dit jaar, tijdens de Spelen, ben ik er tijdelijk mee gestopt, omdat ik veel in het buitenland zit. Maar na de Spelen pak ik het weer op.”

In een interview met Trouw las ik dat je tijdens je studie jongeren in de Bijlmer begeleid hebt. Wil je zulk werk na je carrière gaan doen? Ben je überhaupt al bezig met wat je na je carrière wilt doen?

“Dat heb ik inderdaad gedaan, voor stage. Ik weet eigenlijk nog niet of ik het na het roeien ook zou willen doen. Voor nu ben ik, denk ik, nog druk bezig met mijn carrière en denk ik daar nog niet zo heel veel over na, maar uiteindelijk moet ik er wel serieus mee bezig zijn natuurlijk.”

Je hebt al heel veel prijzen gewonnen op verschillende plekken in de wereld, en je gaat natuurlijk naar Parijs om goud te winnen, maar zijn er verder nog bepaalde doelen in je carrière die je graag wil bereiken?

“Op zich is het goud niet per se mijn doel, voor mij is het altijd het belangrijkste dat ik het maximale uit mezelf heb gehaald op zo’n wedstrijd. We staan er goed voor, maar voor mij is het plezier belangrijker. Dus als het resultaat iets minder is, maar het is wel leuk, dan vind ik het ook prima.”

Geldt dat ook voor je ploeggenoot, Stef Broenink?

“Daarin zijn we wel redelijk hetzelfde. Als je met zijn tweeën moet samenwerken, dan is het wel fijn als je er allebei hetzelfde in staat.”

Jullie werken al geruime tijd samen. Kun je iets vertellen over de samenwerking en de band die jullie met elkaar hebben?

“We hebben een hele natuurlijke band. Stef is iets ouder dan ik, daardoor heb ik in het begin heel veel van hem kunnen leren, nog steeds eigenlijk. Het werkt gewoon heel goed samen. Zeker gezien je in het Olympisch seizoen heel veel samen op een hotelkamer ligt, is het wel prettig dat het makkelijk samenwerkt.”

Wat is dan een belangrijke factor die jullie samenwerking zo succesvol maakt?

“Ik denk dat we een beetje hetzelfde zijn, dat we er hetzelfde instaan, dat we dezelfde dingen belangrijk vinden tijdens het trainen. Het roeien is nu natuurlijk allemaal professioneel en daardoor wat serieuzer, maar we vinden het allebei heel belangrijk dat het plezier voorop staat.”

Je had het er net al over dat het roeien op een gegeven moment geld op is gaan leveren. In een eerder interview heb je eens gezegd dat wat je verdient voldoende is om van te leven, maar dat je er niet heel rijk van wordt. Vind je dat de roeisport voldoende gewaardeerd wordt in financieel opzicht?

“Er zijn natuurlijk altijd mogelijkheden voor groei, maar ik vind dat het geld niet de motivatie moet zijn voor je sport. Het is fijn als het meegroeit, maar het moet niet de reden zijn dat jij je sport doet. Uiteindelijk betekent het voor mij dat ik nu gewoon kan doen wat ik leuk vind en daardoor ben ik er ook niet te kritisch op.”

Voor jou gaat topsport dus niet alleen om het winnen, maar om het beste uit jezelf halen en je gaf net aan dat je plezier heel belangrijk vindt in het roeien. Welke vaardigheden zijn volgens jou belangrijk in topsport?

“Eigenlijk vooral consistentie. Je moet het gewoon 10 jaar lang blijven doen, dat is het belangrijkste. Maar daarnaast denk ik echt wel het plezier maken. Dat is een beetje een terugkomend thema, maar als je het niet leuk vindt en je moet het dag in dag uit blijven doen, dan hou je dat niet vol.”

Je hebt op verschillende plekken in de wereld geroeid, zijn er bepaalde plekken waar je het liefst traint?

“Nu gaan we naar Portugal, dat is fijn. In de zomer trainen we vaak in Oostenrijk en dat is ook heel lekker. Op zich maakt dat niet heel veel uit voor mij.”

Ik kan me wel voorstellen dat het Nederlandse klimaat niet altijd even aanmoedigend is?

“Nee, zeker niet. De afgelopen dagen was het koud en er lag ijs en dan kan je natuurlijk niet roeien. In de winter is het vaak iets meer overleven, maar in de zomer is het wel weer lekker. Het is makkelijker om uren te maken in de zomer dan in de winter.”

Heb je tot slot nog een boodschap voor de lezers van het interview?

“Veel leesplezier!”

 

Eén reactie

  1. Prachtig mooi interview zoals altijd van Vincent Brongers. Hele goede vragen en je kan zien dat er veel liefde, tijd en moeite in wordt gestopt! Ga zo door, ik ben zeker een fan van je.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Copyright 2020-2021 © actueelnieuws.org

logo

Tip de redactie!

Actueelnieuws.org werkt graag met jou samen aan mooie interviews en prikkelende artikelen. Heb je een tip of idee? Meld deze dan bij onze redactie.