De in 2015 uitgeroepen tot “Beste advocaat” – Wim Anker – gaat het vak verlaten. Sinds 1991 werkte hij samen met zijn tweelingbroer vanuit hun eigen advocatenkantoor Anker&Anker in Friesland. Echter is het na ruim 40 jaar ervaring toch echt tijd om de carrière binnen het kantoor stop te zetten voor de broers. In die periode is er voor vele spraakmakende zaken gevochten, waaronder die van Robert M., Ferdi E. en Gerrit-Jan Heijn.
Voor dit interview uit de eindejaarreeks mochten wij Wim Anker enkele vragen voorleggen. Een interessant moment om hem te spreken, gezien de veranderingen die momenteel in zijn leven gaande zijn. Lees hieronder meer over onder andere de keuze om te stoppen met de advocatuur, de gezette stappen in zijn carrière, het voortzetten van zijn lezingen en zijn toekomstplannen.
Na een periode van maar liefst 40 jaar was dit dan toch echt uw laatste jaar als strafrechtadvocaat. Ziet u op tegen het feit dat u gaat stoppen met deze loopbaan?
Ik zie er zeker tegenop, want het is een afscheid met bloedend hart. Fysieke ongemakken bij mijn (con)frère Hans en mij spelen een belangrijke rol. Daarnaast zijn wij beiden bijna 69 jaar, dus dan is stoppen ook niet een heel grote verrassing.
Wat gaat u het meest missen aan uw vak strafrechtadvocatuur?
Het mooiste moment in de praktijk vond ik altijd het moment van het pleidooi. Daar werk je lang naartoe en dan kun je reageren op het requisitoir van de officier van justitie en alles aandragen hetgeen in het belang is van de cliënt. Wij moeten immers zorgen dat de hand van Justitie niet uitschiet en moeten bevorderen dat de symbolische weegschaal van Vrouwe Justitia in balans blijft. We hebben ons hoofdzakelijk ingespannen voor de verdachte met een kleine beurs. Daarnaast hebben wij echter ook wethouders, burgemeesters, politiefunctionarissen, artsen, officieren van justitie, rechters en advocaten bijgestaan. Derhalve een doorsnede van onze samenleving.
U heeft zich ingespannen om de regelgeving van levenslange straffen te veranderen. Hoe kijkt u terug op de effecten (voor advocaten) van deze inspanningen over de afgelopen jaren?
De jarenlange inspanningen hebben in elk geval geleid tot veel meer aandacht voor deze zeer lang vergeten groep. De levenslange gevangenisstraf is op de kaart gezet. Uiteindelijk is de regelgeving in Nederland grotendeels aangepast aan de eisen van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens. De veroordeelden hebben in elk geval nu enig perspectief, enige horizon. Volgens de huidige regeling vindt er immers na 25 jaar een toetsing plaats.
De achilleshiel van de nieuwe regeling is echter dat het uiteindelijk nog steeds de Minister van Justitie en Veiligheid is die de beslissing neemt. Dat moet in mijn ogen de onafhankelijke rechter zijn. Dan is de regeling zowel op papier als in de praktijk Straatburg-proof.
U heeft te kennen gegeven nog wel door te gaan met het geven van lezingen. Hoe staat u tegenover de beperkingen die de coronarestricties met zich mee brengen op dit gebied?
Ik blijf net als voor Corona twee à drie lezingen per week houden over mijn werk door het gehele land. De laatste twee jaren geschiedt dit echter sporadisch in verband met de coronarestricties. Heel veel bijeenkomsten worden geannuleerd en als er een lezing wel doorgaat dan is het aantal bezoekers noodzakelijkerwijze gering. Ik hoop in het voorjaar weer los te kunnen om te spreken over de rol, taak en attitude van de strafpleiter in Nederland.
Bestaan er nog bijzondere plannen voor 2022 die u met ons zou willen delen?
Naast het geven van lezingen gaan mijn broer en ik ons als vrijwilligers inzetten voor Sc Heerenveen. We hebben al 44 jaar een seizoenkaart en hebben nu meer tijd om onze krachten te geven aan deze prachtige club.
Heeft u nog een boodschap voor de lezers van dit interview?
Ik hoop dat de lezers onze collega-strafpleiters in 2022 niet nodig zullen hebben.